Vogelgriep
Aviaire influenza
Vogelgriep of aviaire influenza is een virale ziekte die vooral wilde vogels, gedomesticeerde vogels en pluimvee besmet. De virulentie van de verschillende stammen van het aviaire influenzavirus varieert. De verschillende vogelgriepvirusstammen kunnen sterk verschillen qua virulentie bij pluimvee: er zijn laagpathogene stammen, die geen of slechts milde ziektesymptomen veroorzaken, en hoogpathogene stammen, die ernstige ziektesymptomen kunnen veroorzaken. Vooral die laatste stammen (meestal van het subtype H5Nx of H7Nx) kunnen epidemieën veroorzaken bij vogels, met veel sterfte tot gevolg (tot 100% van de dieren) en met een grote economische impact op de pluimveesector.
Situatie in België
- Sinds 18 februari 2025 werden twee uitbraken van hoogpathogene aviaire influenza H5N1 vastgesteld in pluimveebedrijven in Sint-Gillis-Waas en Stekene (provincie Oost-Vlaanderen). Begin 2025 werden vijf besmettingen met hoogpathogene vogelgriep H5N1 bij hobbyhouders ontdekt.
- Er werden in 2024 geen uitbraken vastgesteld in pluimveebedrijven en bij hobbyhouders.
- In 2023 werden in acht pluimveebedrijven en bij elf hobbyhouders besmettingen met het hoogpathogene H5-vogelgriepvirus vastgesteld.
Wanneer je een of meerdere dode wilde vogels vindt, contacteer dan het FAVV (Federaal Agentschap voor de veiligheid van de voedselketen) op het nummer 0800 99 777 tijdens werkdagen van 9u tot 12u of via influenza@favv-afsca.be.
Verspreiding
Het vogelgriepvirus verspreidt zich onder meer door het transport van besmette vogels of vogelproducten voor de handel in pluimvee of bij migraties van wilde vogels. Onder gunstige omstandigheden (zoals bij lage temperaturen en indien omgeven door organisch materiaal) kan het virus dagen of zelfs weken in de omgeving overleven.
Het virus kan ook overgedragen worden naar andere dieren, o.m. varkens.
Overdracht naar de mens
Het risico is klein, maar het vogelgriepvirus van het type A kan in sommige gevallen worden overgedragen van dier op mens. De besmetting gebeurt voornamelijk bij nauw, herhaald en langdurig contact met besmette dieren of hun uitwerpselen. Dat contact kan rechtstreeks of onrechtstreeks (oppervlakken en/of handen die bevuild zijn met uitwerpselen) zijn. Overdracht op mensen is uitzonderlijk en gebeurt vooral bij personen die in een besmette zone werken of interveniëren, zoals kwekers, dierenartsen of reinigings- en ontsmettingsploegen.
Een besmet persoon ontwikkelt griepachtige symptomen, maar ook ernstige ademhalingsproblemen (longontsteking, ernstige en plotselinge ademhalingsinsufficiëntie enz.) of neurologische stoornissen, die soms tot de dood kunnen leiden, kunnen optreden. Raadpleeg bij twijfel een arts en meld elk recent contact met vogels.
Besmetting van mensen met vogelgriep moet altijd ernstig worden genomen en moet gepaard gaan met strikte isolatie en bioveiligheidsmaatregelen totdat de persoon vrij is van het virus.