Welke sociale voorzieningen zijn verplicht?
Volgende sociale voorzieningen moeten ter beschikking van de werknemers worden gesteld:
- sanitaire installaties, m.n. kleedkamers, wastafels, douches en toiletten;
- een refter;
- een rustlokaal;
- een lokaal voor de zwangere werkneemsters en de werkneemsters die borstvoeding geven.
Moeten deze sociale voorzieningen verplicht voorzien zijn op alle werkplekken?
Enkel voor "arbeidsplaatsen"
De verplichtingen inzake sociale voorzieningen uit de codex welzijn op het werk, boek III, titel I, hfst. 6 gelden voor alle arbeidsplaatsen, d.w.z. voor alle werkplekken die beantwoorden aan de definitie van arbeidsplaatsen (art. III.1-1). Thuiswerkplekken, arbeidsplaatsen in transportmiddelen of verafgelegen landbouwvelden vallen bijvoorbeeld niet onder deze definitie. Ook tijdelijke of mobiele bouwplaatsen zijn uitgesloten maar hiervoor gelden aparte bepalingen (zie verder Bouwwerven).
In functie van het werk
Toiletten en wastafels zijn altijd verplicht maar voor andere sociale voorzieningen voorziet de wetgeving mogelijkheden om af te wijken van de algemene verplichting in functie van de aard van het werk. Zo zijn kleedkamers bijvoorbeeld enkel vereist indien werknemers op het werk van kleding moeten wisselen, bv. bij vervuilend werk. Tabel 1 tot 4 geven aan wat de precieze voorwaarden zijn.
Afwijkingen zijn ook mogelijk indien
- de risicoanalyse uitwijst dat de toepassing van andere maatregelen leidt tot een gelijkwaardig of beter resultaat;
- er specifieke regelgeving van toepassing is voor een specifieke sector met voorschriften over sociale voorzieningen.
Wat met bouwwerven?
De bepalingen uit de Codex, boek III, titel I gelden niet voor Tijdelijke of mobiele bouwplaatsen. De bouwsector heeft echter een collectieve arbeidsovereenkomst afgesloten waarin eisen zijn vastgelegd voor sociale voorzieningen op bouwwerven (cao van 10 maart 2016, gewijzigd door de cao van 9 november 2017). Deze eisen zijn gelijklopend met deze van de codex welzijn op het werk maar aangepast aan de situatie op bouwwerven.
Ook in bijlage III van het KB Tijdelijke of mobiele bouwplaatsen (KB van 25 januari 2001) staan voorschriften vermeld inzake sociale voorzieningen, m.n. in pt. 14 Sanitaire voorzieningen en pt. 15 Verpozingsruimten en onderkomens.
Mogen sociale voorzieningen in de woning van de werkgever ondergebracht worden?
De werkgever mag de sociale voorzieningen onderbrengen in de eigen woning indien (codex, art. III.1-46):
- het aantal werknemers dat van deze voorzieningen gebruik moet maken niet groter is dan vijf;
- er geen specifiek risico is vastgesteld op bevuiling, intoxicatie of besmetting;
- deze woning de arbeidsplaats zelf omvat of er onmiddellijk naast ligt;
- deze voorzieningen daadwerkelijk ter beschikking worden gesteld van de werknemers;
- de bevoegde preventieadviseur hierover een gunstig advies heeft verstrekt en de werkgever hem tijdens de werkuren toegang geeft tot deze voorzieningen;
- de werkgever aan de met het toezicht belaste ambtenaar tijdens de werkuren toegang geeft tot deze voorzieningen.
Wat met meerdere bedrijven in 1 gebouw?
Indien meerdere werkgevers gebruikmaken van een gebouw dan kunnen ze gemeenschappelijke sociale voorzieningen inrichten. Voorwaarden zijn wel dat de sociale voorzieningen makkelijk toegankelijk zijn voor alle werknemers en dat de werkgevers samenwerken voor het bepalen van de ligging, de uitrusting, het onderhoud en het gebruik van deze voorzieningen.